Van hier tot in Tokio
Jarenlang vergaapte ik me zeven avonden op zeven aan mensen op tv die mij zeven op zeven ermee confronteerden dat zij wél een leven hadden. Op mijn veertigste kwam ik uit die comfortzone. Acht jaar eerder had ik iets vergelijkbaar gedaan: stoppen met roken. Na de tv-stop ontdekte ik dat niet-roken simpel is, zolang je een honderd procent passief sociaal leven leidt. Ik verloor mijn motivatie om de oersaaie ex-roker te blijven uithangen. De volgende vijftien jaar leed ik aan geëngageerde fomo, en aan enkele andere verslavingen, eigen aan de midlife. In juni 2021 bezocht ik mijn vader. De tv stond aan. Karl presenteerde het programma Lullen over voetbal, in juli opgevolgd door Lullen over koers, en in augustus door Lullen over Olympische sporten. Ik raakte zodanig verslingerd aan al dat gelul dat ik mijn andere afspraken afzegde. Ik huurde een appartementje met uitzicht op de groenverlichte inkom van de Wellingtonrenbaan, vanwaar Karl mij nu dagelijks mijn eigen uitzichtloosheid voorspiegelt. Om niets te missen van Karl, die zich honderd meter verder rot amuseert, loop ik nu 24/7 kettingrokend te ijsberen tussen de zetel voor het scherm en het balkon met uitzicht op de Wellingtonrenbaan. Ik voel me twintig jaar jonger.
Opmerkingen